Tonny Tjoonk: een echt voetbaldier!

18-08-2022

Bron: Clubblad 2022-2
Door: Mark Wessels

Een week na het geweldige ‘longweekend’ rondom het Marveldtoernooi zit ik in het sportcafé met Tonny Tjoonk aan tafel. Tonny is een groot voetballiefhebber die vanzelfsprekend geen minuut heeft gemist van dit prachtige evenement.

Tonny, voor degenen die je bij deze club nog niet kennen; wil jij je even kort voorstellen?

“Ik ben getrouwd met Inge Reijrink en we hebben drie kinderen. Onze dochter (28) woont al twee jaar in Barcelona, onze zoon (22) woont nog thuis en sinds vijf jaar hebben we een Syrische zoon (28) erbij. Inge heeft hem leren kennen via het Taalcafé Groenlo en sindsdien hoort hij bij ons gezin. Hij woont op zichzelf.”

Kun je iets vertellen over je voetbal/trainersloopbaan?

“Ik kom oorspronkelijk uit Borculo en ben dan ook bij Reünie begonnen. Ik heb mij op mijn 6e aangemeld als spelend lid en op mijn 15e was ik voor het eerst trainer van de F-pupillen. Op mijn 18e werd ik trainer van de D-pupillen. Na mijn overgang als speler naar de senioren heb ik een jaar in het 3e elftal gevoetbald, 1 jaar in het 2e elftal en 1,5 jaar in het eerste. Op mijn 21e kreeg ik te horen dat mijn heupen versleten waren, dus mijn actieve loopbaan zat er op. Dat was natuurlijk een hard gelag. Mijn voormalige trainer, wijlen Rinus de Jongh, heeft me toen aangespoord om verder te gaan met het trainersvak omdat ik zo bezeten was van het spelletje. Via hem ben ik als hoofdtrainer begonnen bij Reünie 2 en heb ik op mijn 23e mijn TC3 diploma behaald. Ik ben eigenlijk best lang bij Reünie gebleven; in die periode was ik zowel trainer van het 2e elftal als van een jeugdelftal. Ik combineerde dit een tijdje met de A1 en de B1. Op een bepaald moment kom je op een leeftijd dat je wat anders wilt.”

Waar ben je terecht gekomen na je tijd bij Reünie?

“Na al die jaren bij mijn eigen club ben ik bij Longa ‘30 beland. Ik werd verantwoordelijk voor het 2e elftal; dit was ook meteen een mooie en succesvolle periode. In het 2e seizoen zijn we kampioen geworden en promoveerden we naar de reserve eerste klasse. Op dat moment klopte de oude liefde Reünie weer aan de deur omdat ze in Borculo ook mooie plannen hadden om het seniorenverhaal op een hoger plan te zetten, dus ging ik terug naar mijn oude club. Ik kwam er toen achter dat het niveauverschil tussen Reünie 2 en Longa 2 wel erg groot was. De reden dat ik terug wilde was dat ik op dat moment nog in Borculo woonde en ik samen met Jan Gerritsen weer wat op wilde zetten bij Reünie. Ik had samen met Jan namelijk ook de jeugd opgezet in Borculo. Dat hebben we twee jaar gedaan. We hadden daarvoor een plan opgesteld en al met al is dat redelijk gelukt. Niveau technisch vond ik het echter wat minder. Longa belde me weer omdat ze me terug wilden hebben bij het tweede elftal. Ik ben daarop ingegaan en kwam daar dus voor een tweede periode. Die duurde ook twee jaar. Via de nacompetitie was het 2e elftal al gepromoveerd naar de hoofdklasse met de toenmalige trainer. Het 1e jaar was een zwaar seizoen, waar we te kort kwamen en uiteindelijk ook degradeerden. Na dat seizoen stopten er veel spelers en in de 1e klasse gingen we verder met een uitgedunde selectie. We kregen dat seizoen met veel pijn en moeite een team op de been. We moesten bijvoorbeeld regelmatig een beroep doen op spelers van het negende (!!) elftal en we hadden een keepersprobleem. In mijn 2e jaar heb ik ook besloten TC2 te gaan doen, ik wilde geen verplichtingen naar Longa en heb de cursus zelf betaald. Met mijn diploma’s op zak wilde ik toch nog een keer een eerste elftal trainen en kwam het hoofdtrainerschap bij MEC Miste voorbij. Ik heb drie jaar het eerste elftal getraind bij die club en we zijn het laatste seizoen kampioen geworden, na een enorme inhaalrace op koploper AD ’69 Aalten. In het laatste seizoen werd ik benaderd door VVG Gaanderen, toen een vierdeklasser, dat na een degradatie in de vijfde klasse was beland. De organisatie bij VVG was toen niet geweldig; het was bijvoorbeeld moeilijk om jeugdspelers mee te krijgen. Op dat moment was ik ook druk bij mijn voormalige werkgever Schuurman Schoenen.“

En toen kwam Grol in beeld?

“Nee, het liep toch iets anders. Ik ben benaderd door verschillende clubs en heb uiteindelijk opgezegd bij VVG. Na enkele goede gesprekken met toenmalig voorzitter Henk Geurkink heb ik gekozen voor de Grolse Boys. Henk vertelde me dat er verschillende spelers bijkwamen en ik besloot om dit op te pakken; lekker met het fietsje naar het voetbalveld. Het niveau was misschien wat minder (zaterdag 4e klasse) maar alles was nieuw en ik kwam veel andere clubs tegen, lekker verfrissend. Het eerste jaar ging prima maar het 2e seizoen was echter lastig door een gebrek aan spelers. Gelukkig heb ik veel steun gehad van Holger Braun, die op dinsdag de training verzorgde; dit vanwege drukte bij mijn werkgever. We zijn laatste geworden, maar zijn niet gedegradeerd. Na dat seizoen ben ik bij Eibergen A1 terecht gekomen. We hadden een goede groep en hebben lang meegedaan om het kampioenschap maar hebben dat net niet gered. Doordat ik een andere baan kreeg in de ploegendienst kwam het trainen in het gedrang. Het trainersvak kwam hierdoor uiteindelijk negen jaar op de kont te liggen. Het enige wat ik in die periode deed was het coördineren bij de D-jeugd bij s.v. Grol en technische zaken bij Reünie. Maar goed, ik was bezeten van het spelletje en dit was zeker niet wat ik zocht. In die periode keek ik wel elk weekend de 1e helft van Grol 2 thuis en de thuiswedstrijden van Grol 1. Michel Hoffman vroeg toen om wat te doen bij de Grol. Op het moment dat ik niet meer in de ploegendienst zat, ben ik ingestapt en heb voor de senioren gekozen. Ik ben voor de senioren gegaan en niet voor de jeugd, vanwege mijn leeftijd en de gezelligheid rondom een seniorenelftal. Ik wilde daarnaast ook niet meer eindverantwoordelijk zijn en meer vrijheid hebben. Nu ben ik dus assistent-trainer van Bjorn Koldeweij bij Grol 2.“

Bij welke club heb je de leukste tijd gehad?

“Elke club had zijn charme. De jeugd bij Reünie was geweldig, MEC was een prettige vereniging; hoe kleiner de club hoe gezelliger en hoe meer wedstrijdbeleving er is. De eerste periode bij Longa 2 was ook super; een goede en gezellige spelersgroep en alles eromheen was goed geregeld.”

Hoe zit het met je ambities voor de komende jaren?

“Haha. Die heb ik op het moment niet echt. Hier bij de Grol kan ik lekker op de fiets naar het voetbalveld. Daarbij komt nog dat het sportief gezien ook best wel een hoog niveau is: Grol 2 is dit seizoen kampioen geworden en speelt komend seizoen op reserve hoofdklasse niveau. Bovendien ben ik een muziekliefhebber en bezoek ik regelmatig concerten. Er is meer dan alleen voetbal! “

Wie is je favoriete trainer in het profvoetbal; wie heeft er volgens jou visie?

“Van Gaal is uniek; hij creëert altijd iets met een team en doet bijzondere dingen. De kracht van Van Gaal is dat hij zich enorm in kan leven in zijn spelers en hij geeft de spelers ook nog eens een thuisgevoel. Ze hebben daarom alles voor hem over. Arne Slot is iemand die ik als trainer ook hoog heb zitten. Hij weet precies wat hij zelf wil en wat hij verlangt van zijn spelers. Daarbij is hij erg duidelijk en communicatief sterk. Zijn oefenstof is ook geweldig. Kijk eens wat hij binnen een jaar bij Feijenoord heeft neergezet.”