Interview met Jules Stokkers

02-12-2022

“Als je altijd persé wilt winnen, dan haal je altijd het beste uit jezelf”

Bron: Clubblad 2022-3
Door: Rik Gockel

Op zijn 11e ging Grol speler Jules Stokkers spelen in de jeugd van FC Twente. Inmiddels is hij 21 jaar en basisspeler bij derde divisionist HSC ‘21 uit Haaksbergen, waar zowel hijzelf als het team uitstekend zijn begonnen aan het huidige seizoen.

Op een koude septemberavond ga ik op bezoek bij de 21 jarige Jules, die al zijn hele leven aan de Hartebroekseweg 48 woont, samen met zijn ouders Petra en Geert-Jan en zijn 4 jaar oudere broer Tjeu. Vader Geert-Jan is bij Grol natuurlijk vooral bekend als presentator van de Fancy Fair en moeder Petra is door velen gekend als rij-instructrice. Tjeu zullen vele mensen kennen als de voormalige vrolijke medewerker in de kantine van Grol. Kortom, Jules komt uit een echte Grol familie. Voetbal speelt dan ook een belangrijke rol in dit gezin vol met Feyenoordsupporters.

“Al mijn hele leven speelt voetbal een belangrijke rol in mijn leven”, vertelt Jules. “Op de Willibrordusschool zat ik onder andere in de klas bij Noud Huijskes en Tjibbe Paardekooper, die ook gek waren op voetbal. Ook zaten er veel jongens bij me in de klas uit Voor-Beltrum die voetbalden. We voetbalden veel op het schoolplein en na schooltijd op het voetbalveldje hier schuin tegenover.” De jongens uit Voor-Beltrum voetbalden veelal voor de Grolse Boys vertelt Jules, maar zijn vader vond het vanzelfsprekend dat hij bij de Grol ging voetballen, “en dat was een goede keus.”

Jules begon bij Grol bij de F-pups. Via de F8 en de F4 belandde hij in de F1. “Dat waren drukke tijden. Ik tenniste namelijk ook nog. Ik ging twee keer in de week tennis trainen, twee keer voetbal trainen, en 1 dag in de week tennis competitie en 1 dag in de week voetbal competitie.” Geert-Jan die meeluistert springt enthousiast in met een leuk pub-quiz weetje, namelijk dat het kampioenschapsfeestje van de F4 het eerste kampioensfeest in de kantine was waar geen halve liters meer werden geschonken. De ouders leefden blijkbaar erg mee met de jongens! “Na de F1 kwam ik de E1 terecht”, vertelt Jules. “Een hele leuke tijd. In mijn tweede jaar E1 wonnen we echt alles wat er te winnen viel. In dat jaar speelde ik samen met keeper Jesper Frank, Daan Rots, Tjibbe Paardekooper, Titus Hoffman, Mick Wissink, Tygo ten Bulte en Remco Everink. Onze trainers waren Bert Roeterdink en Koen Wissink. We werden uiteindelijk ook kampioen van Oost Nedeland. De “Gouden lichting” werden we genoemd. Ik kom nu met HSC nog wel eens jongens tegen waar ik vroeger met de E1 tegen gevoetbald heb, die weten nog steeds hoe goed Grol E1 toen was.”

“Als tweedejaars E-speler mocht ik samen met Daan Rots en Mick Wissink 1 keer in de week trainen bij FC Twente bij het FBK stadion. Na afloop van het seizoen kreeg ik samen met Daan bericht dat we bij FC Twente mochten komen voetballen. Mick ging helaas niet mee, maar die ging daarna naar De Graafschap.” “Ik heb mijn hele middelbare schooltijd bij FC Twente gespeeld en zat in Enschede op het Twents Lyceum. Ik werd iedere ochtend om 6.15 uur opgehaald met het busje van FC Twente en ’s avonds na de training om een uur of half acht was ik weer thuis. Dat waren lange dagen, maar ik vind absoluut niet dat ik iets gemist heb in mijn jeugd doordat ik zoveel weg was uit Groenlo. Ik had leuke jongens in mijn team en ik had in Enschede een sociaal leven naast dat in Groenlo. In de pauzes op school gingen we vaak voetballen of samen de stad is, echt een mooie tijd.”

Eén van de hoogtepunten in zijn carriere bij de jeugd van FC Twente was zijn deelname aan het Marveld toernooi. “Ik speelde in die tijd lang niet altijd in de basis bij Twente. Op het Marveld toernooi eerst ook niet, maar tegen AJAX mocht ik starten. Mijn ouders, Tjeu, opa’s, oma’s en vrienden, er waren heel veel bekenden kijken, en ik scoorde die wedstrijd de 2-0 en we wonnen uiteindelijk met 2-1. Bij Ajax speelde toen jongens als Gravenberch, Brobbey en Taylor.”

Uiteindelijk speelde Jules tot zijn 17e bij FC Twente, waar hij wel nog mocht blijven, maar dan zou hij geen basisspeler zijn en wedstrijden bij Quick ´20 uit Oldenzaal mee moeten spelen. “Dat zag ik niet zitten, omdat ik ook in de B1 al best veel op de bank zat. Ik heb FC Twente toen verlaten, omdat mijn hobby als een verplichting ging voelen, en dat voelde niet goed. Toen ben ik heel even terug geweest bij Grol, maar vrij snel heb ik de overstap naar de A1 van HSC ’21 gemaakt.”

En na twee jaar in de A1 van HSC te hebben gespeeld, maakte Jules de overstap naar het eerste van HSC. Samen met hem ging ook zijn trainer van de A1 mee over naar het eerste als assistent trainer, wat voor Jules erg prettig was. “Mijn trainer van de A1 kende me goed en ik kan het goed vinden met hem.” “In mijn eerste jaar viel ik vooral in en stond ik nog niet vaak in de basis. Afgelopen seizoen werd ik basisspeler, en dit seizoen ben ik opnieuw basisspeler. Het belangrijkst voor mezelf vind ik, dat ik steeds bepalender wordt. Ik ben een lopende nummer 10, maar ik wil ook nog bepalender worden aan de bal, ik wil leren het spelritme nog meer te bepalen als aanvallende middenvelder. En er zit ook nog veel meer in, dat weet ik zeker, ik kan nog beter”, geeft Jules vol zelfvertrouwen aan.

De ambitie van de 21-jarige Jules is om ooit tweede divisie te voetballen. Het liefste met HSC zo geeft hij aan. Of dat haalbaar is met HSC zal moeten blijken, maar HSC is in ieder geval uitstekend begonnen aan het nieuwe seizoen. Op het moment van schrijven staat HSC tweede in de derde divisie zondag na het spelen van 6 wedstrijden. En het lijkt erop dat de goede resultaten samenhangen met het goede spel van Jules, want Jules heeft met 6 doelpunten en 3 assists in de tot nu toe gespeelde wedstrijden een zeer belangrijke bijdrage aan de goede resultaten van HSC. Dit wordt ook erkend door de club zelf, want hij is in de eerste 4 thuiswedstrijden van HSC twee keer tot Man of the Match uitgeroepen. Dit tot grote vreugde van Geert-Jan: “Dat scheelt me een hoop geld. Als Jules om de week met bloemen thuiskomt, dan hoef ik ze niet te halen voor Petra”, zegt hij met een lach.

Op voetbalgebied zijn de ambities dus duidelijk van Jules. Vragend naar wat voor ambities hij heeft in het zakelijk leven heeft Jules eigenlijk nog geen goed idee. “Ik volg de opleiding commerciële economie aan het Saxion in Enschede. Dit is een hele brede opleiding, maar als je me nu vraagt wat ik er mee wil gaan doen straks, dan weet ik het eigenlijk nog niet echt, maar daar heb ik ook nog tijd voor.” In de tijd die overblijft naast school en voetbal, werkt Jules als badmeester bij Marveld. “En als er dan nog tijd over is, dan ga ik heel graag padellen.” De agenda van Jules is vol, dat is duidelijk. “Werken bij Marveld doe ik eigenlijk bijna altijd in de avonduren. Doordeweeks twee avonden maar ook op zaterdag. Ik wil op zondag natuurlijk fit zijn, dus ik ga zaterdagavond niet stappen. Daarnaast ga ik heel graag op zaterdagmiddag bij de zaterdagamateurs kijken, vaak in Aalten of in Rijssen. Dat vind ik leuk, maar ik kijk ook goed naar hoe er gespeeld wordt, daar kan ik van leren en beter van worden”. Het geeft aan hoe ambitieus Jules is en hoe serieus hij bezig is met voetbal.

Vader Geert-Jan en moeder Petra zijn de grootste supporters van Jules. In principe worden alle thuiswedstrijden gekeken en als het even kan gaat Geert-Jan ook uitwedstrijden kijken. Ook de man van oma, Leo, is een vaste supporter die alle thuiswedstrijden komt kijken. “Leo is als een vriend voor mij. Hij is ook helemaal gek van voetbal. Ik ga ook regelmatig bij hem thuis langs, en dan hebben we het altijd over voetbal.” Het zegt ook iets over het sociale karakter van Jules. “Dat sociale heb ik meegekregen van mijn ouders. Die vinden het belangrijk dat ik plezier heb in het leven, maar ook dat ik vriendelijk en sociaal ben, iedereen hoort erbij. Daarnaast hebben mijn ouders me geleerd om niet te zeuren.” Dit wordt bevestigd door Petra: “Als het regende terwijl ze naar school of naar de voetbal moesten met de fiets ging ik ze echt niet brengen hoor en dat vond ik ook echt niet zielig. Niet zeuren, gewoon fietsen.”

De avond ging als een speer voorbij bij de familie Stokkers, maar voordat ik vertrek wil ik eigenlijk nog twee dingen weten van Jules. Allereerst natuurlijk de onvermijdelijke vraag wanneer hij weer bij Grol komt voetballen? En tot slot voor de jonge Grol leden, welke tips Jules heeft voor ze, om later misschien wel net zo goed te worden als Jules. Op de eerste vraag is Jules duidelijk. “Voorlopig niet, maar ik sluit niet uit dat het ooit nog gebeurt, want ik ben wel een echte Grol-man. Ik kom er graag en kijk ook graag af en toe een wedstrijd als het kan. Grol is echt een mooie club. Kijk naar de accommodatie, maar ook naar het niveau van de Grol jeugd nu, dat belooft veel voor de toekomst.” Er is dus hoop!

Ten aanzien van de tweede vraag geeft Jules aan dat hij het vooral belangrijk vindt dat kinderen heel veel plezier hebben met voetbal. “Ik denk ook dat het belangrijk is om veel te voetballen, lekker met vriendjes op straat of op een veldje. Het moet uiteindelijk uit jezelf komen. Het gaat niet vanzelf als je goed wil worden. Tot slot denk ik dat het belangrijk is om competitief te zijn. Als je altijd persé wil winnen, dan haal je altijd het beste uit jezelf.”