07-12-2022
Een bevlogen fysiopionier met nieuwe ideeën om jeugdspelers beter te maken middels Voetbal Motoriek Performance.
Bron: Clubblad 2022-3
Door: Ronald Buesink
Vertel eens iets over jezelf?
Ik ben een geboren Tukker maar er niet altijd woonachtig geweest. Na mijn opleiding fysiotherapie was het destijds erg moeilijk om een vaste baan te vinden. Via omzwervingen in Duitsland, België en Zwitserland ben ik uiteindelijk weer terug gekomen in Nederland. In Zwitserland heb ik mijn vrouw leren kennen en we zijn inmiddels alweer 32 jaar samen. We hebben een dochter en een zoon die eveneens in Nederland wonen maar niet in de Achterhoek. Mijn leeftijd is 61 en ik ben eigenaar van een particuliere praktijk voor fysiotherapie in het naburige Bocholt. Omdat ik zelf een enorme sportfanaat ben, ligt hier ook mijn grote passie. En dan met name voetbal. Na mijn actieve voetbalcarrière ben ik me gaan verdiepen in het beter laten worden van jeugdspelers.
Hoe wil je dat bereiken en wat is de essentie wat je wilt doen?
Je moet het zien als een individuele benadering om lichaamsbeheersing en balbeheersing te verbeteren ten dienste van de spelbeheersing. Om de balbeheersing aan te leren is het belangrijk om niet alleen met voetballen te werken maar ook veel met andere ballen. Door goed te leren trappen en een bal aan te nemen is het ook belangrijk om te kunnen gooien en te vangen. Hiermee ontwikkel je bij kinderen het lichaamsschema. Omdat kinderen in de huidige tijd minder bewegen dan voorheen is dit extra belangrijk. Om de trainingen voor de jeugdspelers uitdagend te houden probeer ik het op een speelse manier aan te leren. Door het individuele karakter van mijn trainingen kan ik maatwerk verrichten met oog voor details. Ik laat kinderen op een bepaalde manier iets aanleren waar een “normale” voetbaltrainer geen tijd voor heeft. Dit is een aanvullende kwaliteitsinjectie voor de jeugdopleiding van de s.v. Grol. Gemotiveerde selectiespelers met leerdrive van JO13-1 t/m JO19-1 kunnen zich hiervoor aanmelden. Hier zijn geen kosten aan verbonden. In principe ben ik dus een Personal voetbaltrainer.
Hoe ben je bij de Grol gekomen?
Ik was trainer bij Winterswijk en daar leerde ik Max de Vries kennen. Hij was er toen trainer van het tweede seniorenteam. Hij zag hoe ik werkte en hij vroeg me of er ook spelers van zijn team mochten aansluiten. Dus zo hebben we elkaar leren kennen en contact gehouden. Toen we twee jaar geleden besloten te verhuizen naar Groenlo leek het mij ook wel leuk om mijn ideeën en trainingsmethoden aan te bieden bij de Grol. Na een aantal gesprekken met voetbalbestuur, Jos Heutinck en William Krabbenborg, werd de weg vrij gemaakt om zoiets ook bij de Grol op te starten.
Waar komt het vandaan?
Volgens mij heeft Jurgen Klinsmann het meegenomen vanuit de Verenigde Staten begin deze eeuw. Sporten als basketbal en judo maakten er al gebruik van. En Jurgen Klinsmann heeft het ingevoerd toen hij trainer werd bij het Duitse elftal. Motoriek verbeteren door individuele training waarbij het accent ligt op wendbaarheid, snelheid en coördinatie. En dat proberen te trainen door specifieke oefeningen die voor elke speler weer anders kunnen zijn. Ik laat mij daarbij inspireren zowel theoretisch als praktisch door veel literatuur te lezen van Wiel Coerver en Rene Meulensteen, maar ook literatuur uit de internationale voetbalwereld. Hierbij denk ik met name aan Ballschule Heidelberg, Feldenkraismethode en Athletic Skills Model (ASM). Het ASM model is de visie van Rene Wormhoudt, momenteel is hij performance trainer van het Nederlands elftal.
Rob te Brummelhuis is een zeer gedreven persoon die ontzettend enthousiast over trainingsmethoden kan kletsen die in zijn ogen belangrijk zijn om met name jeugdspelers beter te maken. Hij denkt echt out of the box. Bij de essentie van zijn benadering staan twee vragen centraal. Waarom kan het ene kind het wel en het andere niet? Ga ik volhardend drillen of zijn er andere wegen? Hij is daar al twintig jaar mee bezig. Hij is ook een soort van Wiel Coerver adept. Hij vindt dat kinderen primair 1 tegen 1 situaties zowel verdedigend als aanvallend moeten kunnen. Zij moeten leren om te domineren en dat ze brutaal, snel en vaardig zijn aan de bal. Dit zijn de ultieme bouwstenen voor de opbouw van de spelintelligentie waarin samenspelen geaccentueerd gaat worden. En dat is trainbaar volgens hem. Hij vindt dat de grootste nadruk bij jeugdspelers moet liggen bij de ontwikkeling van het gevoel. Denk daarbij aan lichaamsgevoel, balgevoel, tijdsgevoel maar ook gevoel voor grond en ruimte. En daar is hij nu voor onze vereniging volop mee bezig. Hij leest ontzettend veel literatuur om zich hierin te verdiepen om telkens weer up to date te blijven.
Hij hoopt dat er veel jeugdspelers gebruik gaan maken van zijn trainingen. En wij wensen hem veel plezier bij de Grol en dat in de nabije toekomst jeugdspelers nog beter gaan worden. Succes Rob.