16-01-2025
“Op school ben ik verliefd geworden op voetbal”
Bron: Clubblad 2024-4
Door: Ivo Tenten
In Augustus van dit jaar kwam hij naar Nederland. Binnen een week na zijn aankomst stapte hij op de fiets naar Den Elshof om te kijken bij Grol. Hij had al wat navraag gedaan en zelf al gezocht naar FC Groenlo op internet en op de socials. Nieuwsgierig naar of het wat voor hem zou zijn, kwam hij op de bonnefooi naar Den Elshof.
Terwijl hij rustig aan het kijken was naar een training werd hij aangesproken door Jos Lantink, de vader van eerste elftal speler Siebe Lantink. Zo’n 10 minuten later sprak hij met Jos Heutinck en een paar dagen daarna trainde hij mee met Grol 2. Maar, niet voor lang! Hij maakte al snel de stap omhoog, en inmiddels is hij niet meer weg te denken uit Grol 1. José Carlos Gonzalez Castillanos (roepnaam José), voetbaldier uit Venezuela, die via Spanje terecht komt in het pittoreske Groenlo en binnen no-time uitgroeit tot smaakmaker van het vlaggenschip van Grol. Wat een prachtig voetbalsprookje! Hoogste tijd om wat nader kennis te maken.
Schoolteam
José wordt ruim 21 jaar geleden geboren in San Felix in de provincie Bolivar in Venezuela, maar als hij 6 maanden oud is verhuist hij naar Valencia in Venezuela, samen met zijn moeder en zijn oudere broer. Zijn ouders zijn uit elkaar gegaan toen hij nog erg jong was. Als hij 3 jaar oud is gaat hij naar La Salle, een katholieke internationale school in Valencia. José vertelt “Ik voetbalde heel veel op school, speelde niet bij een voetbalclub, maar bij het schoolteam. We trainden met het schoolteam en competities tegen andere scholen. Op school ben ik verliefd geworden op voetbal. Toen ik 10 was ging ik in de zomer samen met een neefje van me uit Caracas naar een voetbalkamp van Seca Sports, een voetbalacademie in Valencia”. Voor de beeldvorming, Valencia heeft volgens Wikipedia vandaag de dag ongeveer 2,5 miljoen inwoners. “De voorzitter van de academie is een voetbalmakelaar”, vertelt José verder. ”Na afloop van het kamp ben ik gevraagd om bij Seca Sports te komen spelen. Bij Seca Sports trainde ik 5 keer in de week. In de weekenden speelden we wedstrijden, onder andere tegen jeugdteams van profclubs. Ik heb alles geleerd bij Seca Sports. Ik heb daar tot mijn 15e gespeeld”.
Beter leven opbouwen
In die periode, tussen zijn 12e en 15e levensjaar heeft zijn moeder geprobeerd om in Panama, en later in de Dominicaanse republiek, een beter leven op te bouwen voor haar en de kinderen, terwijl José en zijn oudere broer bij oma verbleven. Toen dit uiteindelijk niet lukte, is José samen met zijn moeder vertrokken naar Spanje, omdat zijn moeder wou dat hij in betere omstandigheden zou opgroeien. Zijn broer bleef om zijn studie af te ronden in Venezuela. En zo belandde hij in Januari 2019 op 15 jarige leeftijd, samen met zijn moeder, in Palma des Cervello, een klein plaatsje niet heel ver van Barcelona. “We gingen daar wonen bij een tante. Zij wist hoe gek ik was op voetbal, dus zij had voor me geregeld dat ik direct terecht kon bij een club in de buurt”. Dat ging overigens niet helemaal vanzelf, want daarvoor waren bepaalde papieren nodig. “Ik mocht niet zomaar meevoetballen als illegaal in Spanje. Eigenlijk hadden we twee opties om definitief in Spanje te mogen blijven. Of we zouden twee jaar illegaal verblijven, waarna je met vrij grote zekerheid mocht blijven, of we zouden moeten vragen om een verblijf vanwege humanitaire gronden. Die laatste optie was voor mij het beste, want dan zou ons verblijf een formelere status krijgen waardoor ik zou mogen voetballen.
Mijn moeder wou in het begin eigenlijk liever eerst twee jaar illegaal verblijven, omdat ze dacht dat daarmee de kans groter zou zijn dat we uiteindelijk ook zouden mogen blijven. We hebben toen toch voor de humanitaire route gekozen, en omdat ze een kind bij zich had, ik dus, ging dat eigenlijk eenvoudiger dan verwacht. Hierdoor kwamen we formeel in een verblijfsproces, en zodoende mocht ik voetballen. Binnen een paar weken was ik aan het voetballen bij Molins de Rei, een voetbalclub in de gelijknamige plaats, 6 kilometer verderop. We trainden hier geen 5 keer per week, maar 3 keer, daar moest ik wel aan wennen. En het was er koud man, ook daar moest ik erg aan wennen. In Venezuela was de temperatuur het hele jaar ongeveer 30 graden, dat was in de winter in de omgeving van Barcelona wel anders. Na de eerste training voelde ik mijn voeten helemaal niet meer, zo koud”.
Een lach kon ik toen niet bedwingen, want juist vanavond, op de avond van het interview, zijn alle trainingen bij Grol afgelast omdat de dagen ervoor de eerste sneeuw van dit najaar de velden wit had gekleurd. Maar gelukkig geeft José aan inmiddels wat beter gewend te zijn aan de kou. Ongetwijfeld ook door de werkervaring bij VION in Groenlo.
Catalaans
En hoewel José Spaans sprak, viel het toch tegen in de omgeving van Barcelona, omdat iedereen daar Catalaans sprak. “Eén keer per dag kreeg ik Catalaanse les om zo snel mogelijk de taal op te pakken, want ook op school waren alle boeken bijvoorbeeld in het Catalaans. In mijn eerste jaar op school heeft me dat echt ontzettend veel energie gekost. Na een half jaar denk ik dat ik alles vrij goed begreep, maar het heeft me al met al zeker een jaar gekost om zelf met vertrouwen Catalaans te spreken. Op het veld is dat trouwens een minder groot probleem, de voetbaltaal begreep ik heel snel. Ik heb mooie herinneringen aan mijn voetbaltijd bij Molins de Rei. Met sommige spelers heb ik nog af en toe contact, terwijl ik er maar een half jaartje gespeeld heb”. In Juni 2019 verhuizen José, inmiddels 16 jaar, en zijn moeder namelijk naar het centrum van Barcelona, omdat zijn moeder in Barcelona betere mogelijkheden had om te werken. “We woonden daar in een complex met meer Venezolanen. Ik heb daar vervolgens de laatste 3 jaar van de middelbare school afgemaakt, daar was ik vlak voor mijn 19e verjaardag mee klaar. Omdat Molins de Rei te ver weg was ben ik in Barcelona bij Can Vidalet gaan voetballen. Ik heb daar van mijn 16e tot mijn 19e gespeeld, waaronder ook tijdens de Covid-periode, dat was een vreemde tijd. Toen ik klaar was met mijn middelbare school heb ik de hele zomer gewerkt, en daarna heb ik twee jaar de opleiding tot mondhygiënist gedaan en daarnaast gewerkt. Ik had toen geen tijd meer om te voetballen omdat ik te druk was met mijn werk en studie, dus ben ik gestopt, maar ik wist één ding zeker, zodra ik weer tijd heb ga ik weer spelen. Ik ben dan ook wel blijven trainen voor mezelf om fit te blijven”.
Nederland
Na het afronden van zijn twee jarige opleiding stond José voor de keuze om een vervolgopleiding te gaan doen op de opleiding tot mondhygiënist in Spanje, of om wellicht in de Verenigde Staten verder te gaan studeren in combinatie met voetballen. “Het studeren in de Verenigde Staten was echter moeilijk om voor elkaar te krijgen”, aldus José, “maar om eerlijk te zijn zag ik een vervolgopleiding ook niet erg zitten, ik had het gevoel dat ik teveel stil zou zitten in mijn job. En toen kwam een vriend van mijn broer, die inmiddels ook in Spanje was ná afronding van zijn studie, naar Spanje. Hij kwam met de mogelijkheid voor mij om bij een bedrijf in Amsterdam te gaan werken. Ik heb mijn CV gedeeld, en binnen no-time was ik uitgenodigd om in Amsterdam te komen werken. Hoe dichter ik bij het vertrek naar Nederland kwam echter, hoe meer ik ging twijfelen, omdat ik meer te weten kwam over het bedrijf, en ik kreeg daar geen goed gevoel bij. Toen heb ik afgezegd, maar ben wel op het vliegtuig naar Amsterdam gestapt en heb contact opgenomen met een uitzendbureau. En zo begon ik binnen een paar dagen, nadat ik in Amsterdam was aangekomen, bij VION in Groenlo op de afdeling Logistiek”.
Grol
En zo zijn we terug bij het begin van dit verhaal. Wonend in Zwillbrock, werkend in Groenlo, ging José op zijn fiets naar het Grolveld om gewoon eens te kijken. En nu, een aantal maanden later is hij niet meer weg te denken uit Grol 1 en heeft hij inmiddels ook een plekje gevonden in Groenlo om te wonen. “Ik voel me ontzettend thuis bij Grol. Ik hou van de familiare sfeer en het is geweldig hoe vriendelijk iedereen voor me is geweest vanaf het begin, alsof ik hier mijn hele leven al speel. De mensen bij Grol openen deuren voor me en zijn altijd bereid om me te helpen. Ook de sfeer in het team is heel goed. Iedereen wil op een zo’n hoog mogelijk niveau presteren, waardoor we elkaar elke dag naar een beter niveau stuwen”. De communicatie in het team is geen probleem, zo ervaart José. “We communiceren in het Engels, en zoals al aangegeven is iedereen bereid om me te helpen. Ik kan het met iedereen erg goed vinden, maar vooral met Luc Berentsen en Siebe Lantink ben ik erg close”.
Kortom, José is op zijn plekje hier bij Grol, en als ik me niet vergis, is Grol ook heel blij met José.