Op bezoek bij de familie Rots

10-05-2021

Bron: Clubblad 1 - 2021

Door: Pieter Peeters

"Voetbal is de rode draad in ons leven"

Voor deze editie van het clubblad ga ik op bezoek bij de familie Rots, een Grol-familie in hart en nieren. Ieder gezinslid is lid van de club. De mannen bij het voetbal, de vrouw bij de handbalvereniging. Ik word zeer gastvrij ontvangen door twee jongemannen, Daan en Mats, in hun prachtige huis op Brouwhuizen. Er wordt mij een lekker bakje koffie voorgeschoteld, aan een mooi plekje aan de keukentafel waar de twee broers hun lunch aan het verorberen zijn. Het wachten is even op de heer en mevrouw des huizes, Marc en Joyce, zij zijn een stuk aan het wandelen. Tiem traint nog met de eerste selectie van Grol, hij sluit later aan. Tijd om kennis te maken!

De gezinsleden

De jongste van het stel luistert naar de naam Mats. Mats is net vijftien geworden en voetbalt in de jeugdopleiding van FC Twente/Heracles. Hij is gescout bij Grol toen hij een jaar of negen was. Hij doet het prima op het moment. “Ik zit nu in Onder 16, ben doorgeschoven vanuit Onder 15. Mijn positie is linkervleugelverdediger, maar kan ook op het middenveld uit de voeten. Het liefst speel ik als verdediger, zodat ik lekker veel kann opkomen. Ik ben snel en heb een goed gevoel voor diepgang. Waar ik nog aan moet werken is het 1 tegen 1 verdedigen. Vooral tegen grote gasten heb ik daar nog wat moeite mee.” Mats is een realistische jongen. En een echte Twente-fan. “Ik ben mijn hele leven al voor FC Twente, van jongs af aan. Mijn droom is ook om, net zoals mijn broer Daan, in het eerste van Twente te voetballen.” Daan breekt in, zij het met een knipoog: “Dan moet er nog wel heel wat gebeuren, jongeman!” Mats heeft zijn reactie gelijk klaar: “Ik speel tenminste, kun je van jou nog niet zeggen…” Dit geeft aan dat de jongens niet voor elkaar onder willen doen, mooi om te zien!

In zijn vrije tijd spreekt hij af en met zijn vrienden om te chillen en te gamen. “En vooral lekker niks doen. Ik combineer het voetbal met school in Enschede, dat kost veel energie. Dus rusten is voor mij erg belangrijk.”

Tiem is de middelste van de drie broers. Tiem is achttien jaar en voetbalt als enige, nou ja, samen met zijn vader, bij Grol. Hij speelt momenteel in Grol 1, en dat gaat hem erg goed af. “Ik denk dat ik van iedereen wel de meeste minuten heb gemaakt. Helaas hebben we nog niet heel veel gespeeld in verband met corona, erg jammer. Ik sta vooral centraal op het middenveld. Mijn sterke punt is de passing, mijn linkerbeen daarentegen moet beter. Ik mis daar echt kracht in, vooral met schieten.” In zijn vrije tijd spreekt ook Tiem veel met vrienden af. En natuurlijk is Tiem net als zijn broertje fan van FC Twente. “Ik snap oprecht niet dat je voor Ajax kunt zijn als je hier in het oosten woont. Die mensen begrijpen er helemaal niks van…” (Ik vermoed dat dit een kleine sneer is naar de redacteur van vandaag, PP)

Tiem zit in het laatste jaar van de HAVO. “Als ik mijn diploma heb behaald, wil ik graag Commerciële Economie gaan studeren.” Mats en Daan zeggen beide dat Tiem de slimste van de drie is, dus dat gaat helemaal goed komen op het HBO! Al moet hij volgens zijn ouders wel wat meer inzet tonen qua school(werk).

Daan is met zijn negentien jaar de oudste zoon van de familie Rots. Hij voetbalt ook bij FC Twente en heeft begin dit jaar zelfs zijn eerste profcontract getekend. “Dat is een droom die uitkomt. Ook ik ben mijn hele leven lang al fan van FC Twente. Vanaf mijn tiende speel ik hier en heb nu een plekje in de 1e selectie veroverd. Ik word vooral gebruikt als spits. Ik kan ook goed op rechts uit de voeten en om de spits heen voetballen. Door mijn loopvermogen en m’n neusje voor de goal zijn dit mijn beste posities. Waar ik nog wel aan moet werken is mijn fysiek en mijn ‘voetbalgogme’, zoals ze dat zo mooi noemen.”

Daan combineert het profvoetbal met school. “Ik doe MBO Marketing en Communicatie en zit nu in het examenjaar. Het is goed te combineren met het voetbal, maar het is wel zwaar. Het duurt dus iets anger dan gepland, maar ik wil het heel graag afmaken. En dat gaat ook goedkomen.” Ondanks dat hij weinig vrije tijd heeft, heeft hij ook zijn hobby’s. “Vooral veel rusten, want het vergt veel energie. Ik ben vaak om negen uur op club. We ontbijten samen en gaan trainen. Daarna lunchen we en rond drie uur pakken we meestal nog een uur in de gym. Daarna gaan we naar huis. Zeker nu het serieus is, is rust nemen heel belangrijk. Verder chill ik met mijn vrienden, en spreek ik graag af met mijn vriendin.” Sorry dames, Daan is helaas bezet…

Ouders Marc en Joyce zijn geen onbekenden van de Grol. Joyce heeft jarenlang bij HV Grol 1 gehandbald en speelt nu in het vierde team van de handbalvereniging. Ze werkt in de ANWB-winkel in Enschede. “We hebben een moeilijke tijd gehad. Ik heb zelfs even in Harderwijk op de klantenservice gewerkt, omdat de winkel gesloten was. Gelukkig kon ik lekker aan het werk blijven. In mijn vrije tijd speel ik dus handbal bij Grol. We hebben een heel divers, leuk en gezellig team. De jongste is negentien en ik word bijna vijftig. We zijn ook niet heel goed ofzo, maar ik vind vooral de gezelligheid erg belangrijk. En het in teamverband sporten, daar doe ik het voor. Verder wandel ik graag en loop ik hard. En natuurlijk bij mijn kinderen voetbal kijken, maar dat is op het moment lastig.”

Marc heeft jarenlang in verschillende elftallen bij de Grol gevoetbald en dat doet hij nog steeds, nu bij Grol 45+. “Nou ja, het is al weer een tijdje geleden dat we hebben gespeeld en de keer dat we hebben gevoetbald, zat ik de helft van de tijd op de bank.” Marc werkt bij Party Rent in Bocholt. “We zitten nu even in een lastige periode. Ik werk nu drie dagen in de week en daar ben ik heel blij mee, maar ik kann niet wachten tot de evenementenbranche weer volle bak draait en we (hopelijk) richting het eind van de zomer of zelfs richting de feestdagen weer volop aan de slag kunnen.” Marc wandelt veel, samen met Joyce. “En ik wil ook graag weer gewoon voetballen kijken, maar dat kan helaas nog niet. Dat is een absolute hobby van mij, lekker met een paar man voetbal kijken en een paar biertjes drinken, lekker discussiëren over van alles.” Joyce vult aan: “Want daar is ie ook erg goed in, dat babbelen. En het vooral níét met elkaar eens zijn, haha.”

Op de vraag hoe het is om drie zoons te hebben, zijn beide ouders heel duidelijk. “We hadden weinig keus hè? Maar nee, zonder gekheid… het is héél makkelijk. Maar dat komt vooral omdat het zulke fijne jongens zijn. Tussen Daan en Tiem zit anderhalf jaar, dus die hebben altijd wat aan elkaar gehad. En drie jaar later kwam Mats er bij. Het mooie is dat ze alle drie dezelfde kant op gaan. Ze hebben dezelfde interesses, alles is voetbal bij ons. Maar ook andere balsporten kunnen ze goed. Natuurlijk zitten ze weleens te ‘steggelen’ met elkaar. Ze hebben een soort van competitie samen. Wie is de knapste, wie is de sterkste, wie heeft de mooiste kleren, dat soort dingen. Vooral Daan is erg ijdel, hij kan uren voor de spiegel staan. De andere twee hebben dat minder, maar willen er wel goed uitzien. Ze zijn gewoon erg aan elkaar gewaagd en dat maakt het zo leuk. Het zijn echt drie Alfa-mannetjes.”

Maar wat vinden ze nou eigenlijk van elkaar? Daar gaan we achter komen. Elk gezinslid gaat wat over de ander zeggen. Dat maakt het niet alleen leuk en interessant, maar misschien leert men er ook nog wat van. Ik ben benieuwd hoe de broers tegen elkaar en hun ouders aan kijken. En andersom natuurlijk ook.

Over Daan

Mats: “Ik vind het vooral leuk dat Daan vaak met mij gaat voetballen. Hij kán heel soms wel grappig zijn. Echter probeert hij mij altijd te kleineren. En hij wil steeds met mij vechten. Wat voetbal betreft is Daan goed in 1 tegen 1, hij kan een goede actie maken en is heel doelgericht. Wat beter kan is zijn fysiek, hij moet veel sterker worden. Daan kan redelijk tegen zijn verlies, behalve als ‘ie van mij verliest, haha.”

Tiem: “Ik vind eigenlijk niet heel veel leuk aan hem, haha. Ik vind vooral een aantal dingen irritant. Zo voelt hij zich altijd de beste terwijl dat echt niet zo is. En hij zit altijd uit te dagen. Ook kan Daan niet goed tegen zijn verlies. Hij probeert altijd vals te spelen om alsnog te winnen.” Tiem kann toch iets positiefs opnoemen: ”Qua voetbal is hij een snelle, technische speler en een echte goaltjesdief.“

Ouders: “Daan is een grote draak, maar wel heel sociaal. Hij heeft een enorm doorzettingsvermogen en veel zelfvertrouwen. Hij heeft echt wat pieken en dalen gehad in de Academie van FC Twente, maar heeft zich er doorheen geknokt en heeft toch mooi het eerste elftal gehaald. Het uitdagen van zijn broers moet echt een tandje minder, haha. Maar we zijn vooral heel trots op wat hij bereikt heeft bij FC Twente. Hij heeft er enorm veel voor gedaan, maar ook erg veel voor moeten laten.”

Over Tiem

Daan: “Tiem kan een heel gezellige gozer zijn. Maar wat ik vervelend vind, is dat hij een echte puber is. Daardoor doet hij vaak echt té stoer. En hij is mijn vaders lievelingszoon.” Mats is het daar roerend mee eens: “Als we met zijn drieën in de kamer zitten, vraagt mijn vader bijvoorbeeld alleen maar aan Tiem of hij wat wil drinken, en pakt hij dat voor hem. En ons slaat ie gewoon over…” Daan vervolgt: “Qua voetbal heeft Tiem goed inzicht en kan goed een mannetje passeren. Soms draaft hij een beetje door en moet hij de bal wat sneller afspelen. Ik kan eigenlijk alles beter dan hij, behalve school. Tiem is een slimme gast.”

Mats: “Tiem kan best gezellig zijn en is ook wel eens grappig. Vaak niet, maar soms wel. En hij vindt het leuk om mee te doen met een spelletje. Alleen heeft ie nooit ergens zin in. Geen zin in school, geen zin om te voetballen, heel irritant. Voetballend gezien is Tiem technisch en kan hij goed schieten.”

Ouders: “Tiem is lekker eigenwijs. Zijn beste eigenschap is dat hij erg slecht tegen onrecht kan. Dat was vroeger al zo en is nu nog steeds. Wat beter kan is zijn inzet op school. Tiem is een slimme jongen maar hij doet er te weinig voor. Het meest trots zijn wij op het feit hoe hij in het leven staat. Hij heeft een leuke groep vrienden en maakt overal een feestje van.”

Over Mats

Tiem: “Het leuke aan Mats is dat we veel samen voetballen, maar dat was het ook wel. Wat me echt stoort is dat hij zo gewelddadig is geworden en echt pubergedrag vertoont. Qua voetbal is zijn goede trap voor zijn leeftijd echt heel bijzonder. Mats kan nu wel wat beter tegen verlies, maar vroeger werd er nog wel eens een traantje gelaten.” Daan knikt instemmend…

Daan: “Mats is een fanatieke gast en gaat altijd mee voetballen. Hij heeft af en toe op een goede manier een grote mond, maar soms gaat hij wel wat te ver. Hij moet gewoon beter weten wat zijn plek is, haha. Wat betreft het voetbal is Mats een goede opkomende back en hij zoekt steeds de voetballende oplossing. Hij moet wel aan zijn techniek werken.”

Ouders: “Mats is echt onze grote schat! En ons ‘stoertje’. Hij kan zich steeds beter verweren tegen zijn grote broers. Hij heeft een heel groot hart en net zoals zijn broers ook veel zelfvertrouwen. We zijn trots op de manier hoe hij voetbal met school en zijn vrienden combineert. Wat beter kan is het opruimen van de ontbijttafel…” Mats is het daar niet mee eens: “Van de honderd keer heb ik één keer niet goed opgeruimd, heel erg flauw van jullie…!”

Over de ouders

De jongens zijn het met elkaar eens: “Onze ouders zijn echt heel makkelijk. We mogen lekker ons eigen gang gaan en vaak vrienden uitnodigen. Dat vinden we echt heel chill.” Daan voegt er nog wel iets aan toe: “Ik vind het ook heel fijn dat ze zo hard gewerkt hebben, zodat we in een mooi nieuw huis kunnen wonen, haha.” Wel vinden de jongens dat er nog verbeterpunten zijn. “Ze moeten niet teveel stressen om niks, wij redden ons wel. En ze zijn niet heel grappig. Dat proberen ze wel te zijn maar dat valt vaak tegen. Dan komt er nog bij dat ze ons na proberen te doen. Sommige woorden die wij gebruiken, zoals ‘fittie’ of iets dergelijks, hoort niet uit de mond van één van je ouders te komen.”

Tenslotte hebben ze elk nog een tip voor Joyce en Marc. Mats: “Maak betere grappen.” Tiem: Niet teveel stressen, ik red me wel!” En Daan sluit af: “Pak Mats eens wat harder aan!”

Natuurlijk nemen we alles wat er gezegd is serieus, maar met een knipoog. Het zijn stuk voor stuk leuke, nette, open jongens met een geweldig gevoel voor humor. En dat ligt ook zeker aan hun ouders en de opvoeding. Zoals ik het zo kan inschatten hebben ze het reuze naar hun zin met zijn vijven. Er wordt veel gelachen, er wordt de draak gestoken met elkaar, en er zijn wel eens ‘fitties’ (wat moeder Joyce eigenlijk NIET mag zeggen van de heren), maar ze hebben vooral veel plezier met elkaar! Niets dan respect voor deze hechte familie. Het was een gezellige en vermakelijke middag!